Standpunten
Furia

Furia

Zowel Ive Marx (DS 13 februari) als Frank Vandenbroucke (DS 19 februari) kaartte de voorbije dagen het Matheuseffect van de dienstencheques aan: de fiscaal aftrekbare dienstencheques komen vooral ten goede aan de hardwerkende Vlaming die met haar/zijn tweeverdienersgezin vastloopt in de ratrace van de combinatie werk en gezin. Furia stelt ook al lang vast dat voor wie een klein inkomen heeft – en minstens zo hard vastloopt – het systeem vaak te duur is. Ondanks die manifeste ongelijkheid draagt iedereen solidair bij aan de fiscale aftrekbaarheid.

Inkomensafhankelijke cheques

Beter zou zijn om dienstencheques inkomensafhankelijk te maken. Dat zou enerzijds toelaten om de lonen op te trekken en anderzijds mensen met een lager inkomen de kans geven er een beroep op te doen. Zoals de werkneemsters uit de dienstenchequesector bijvoorbeeld, die zich zelf zelden poetshulp kunnen veroorloven (We hebben het over werkneemsters voor m/v/x aangezien zij 98% uitmaken van de sector). De verloning ligt immer laag en al helemaal bij de deeltijdse contracten die courant zijn. 

Maar liefst 90% van de werkneemsters werkt deeltijds. Daar zat de afgelopen jaren geen evolutie in. Dat deeltijds werk is niet zomaar de keuze van de werkneemsters. Werkgevers verkiezen vaak deeltijdse contracten zodat de werkneemsters de job makkelijker kunnen volhouden zonder uit te vallen. Poetsen is immers fysiek zwaar werk. Financiële onafhankelijkheid is dan ook voor weinig werkneemsters weggelegd. 

Zorgketting

De dienstencheques zijn een treffende illustratie van de zogenaamde zorgketting waarbij huishoudelijk werk nillens willens in handen van vrouwen blijft. Uit tijdsbestedingsonderzoeken blijkt dat vrouwen nog altijd een pak meer huishoudelijk werk doen dan mannen. En als ze al minder tijd besteden aan het huishouden, dan betekent dit dat ze het uitbesteden heeft en gaat het niet om een andere taakverdeling tussen vrouwen en mannen. Bijna 59% van de geregistreerde gebruikers van dienstencheques zijn vrouwen. En de drukke leeftijdscategorie van 30-49 jaar is oververtegenwoordigd.

Kortgeschoolde vrouwen en veel vrouwen met migratie-achtergrond worden vandaag bijna automatisch naar poetsjobs in de dienstenchequesector geleid. Alsof zij daarvoor per definitie het geschikte profiel hebben. Nochtans is tot nader order geen poets-gen ontdekt. Die stereotiepe activering versterkt de bestaande seksesegregatie op de arbeidsmarkt. 

De zorgketting reikt vandaag tot buiten onze landsgrenzen. Van de werkneemsters van andere herkomst die “aangevoerd” zouden worden, zijn velen moeders die hun eigen kinderen noodgedwongen achterlaten bij oma om de kost te verdienen via huishoudelijk werk bij andere vrouwen (en mannen) ver van huis. 

Financiële onafhankelijkheid en goede werkomstandigheden

Er is niks mis met het uitbesteden van huishoudelijk werk, maar de emancipatie van de ene vrouw mag niet ten koste gaan van de andere. En dat betekent in de eerste plaats financiële onafhankelijkheid en goede werkomstandigheden voor alle werkneemsters in de sector. Poetsen is geen aangeboren talent, je moet het leren. En daar komt heel wat bij kijken zoals tiltechnieken onder de knie krijgen en weten hoe je je beschermt tegen chemische producten.

Bovendien blijken werkneemsters in de sector van de dienstencheques kwetsbaar voor grensoverschrijdend gedrag. Het is een geïsoleerd beroep: De schoonmaaksters werken in privéwoningingen waar ze vaak alleen zijn met de klant zonder sociale controle of collega’s in de buurt. Uit een rondvraag van het ACV in 2017 bleek dat bijna één derde al seksueel benaderd werd en bij één derde van hen bleef het niet bij verbale schunnigheden. 

Opleiding en omkadering zijn dus hard nodig. Vandaag houden de erkenningsvoorwaarden voor dienstenchequebedrijven daar evenwel geen rekening mee. Dat moet anders. Maak van de omkadering en begeleiding van de werkneemsters en de mogelijkheid om een voltijds contract te krijgen voortaan criteria voor erkenning. Trek de lonen op en maak de prijs van dienstencheques inkomensafhankelijk. Pas dan kan de dienstenchequesector de emancipatorische rol spelen die hem toegedicht wordt en zal wellicht ook het vrouw/man-onevenwicht kantelen.

Deze opinie werd gepubliceerd in De Standaard op 26/02/2018.

Elf meisjes uit Maasmechelen kregen vorige week gelijk van de rechter: hun school heeft niet het recht om hen te verbieden om een hoofddoek te dragen. Nog maar eens blijkt hoe het algemeen geldende hoofddoekenverbod in het GO! niet langer houdbaar is. 

Algemeen hoofddoekenverbod is ongrondwettelijk

Al in 2014 oordeelde de Raad van State dat het algemene verbod op religieuze kentekens in het GO! ongrondwettelijk is. Zo’n verbod is enkel gerechtvaardigd bij problematische omstandigheden die het pedagogisch project in gevaar brengen. De uitspraak kwam er na een procedure die werd ingeleid door de actiegroep BOEH! In de meeste scholen is er helemaal geen problematische situatie. Vandaar dat rechters dan ook al eerder hoofddoekenverboden in GO!-scholen in Sint-Truiden en Dendermonde naar de prullenbak verwezen. Het algemene verbod op religieuze kentekens van het GO! is buiten proportie en onredelijk. 

Walk your talk

Het kan niet dat ouders en leerlingen lokale schoolreglementen moeten blijven aanvechten omdat het GO! het arrest van het grondwettelijk hof, nota bene het hoogste gerechtsorgaan in ons land, halsstarrig naast zich neerlegt. Daarmee ondergraaft het GO! trouwens net zijn project burgerschapseducatie dat het zo fel wil uitdragen. Hilde Crevits, Vlaams minister van onderwijs, moet haar verantwoordelijkheid nemen en tussenkomen om de democratische rechten van alle leerlingen te laten respecteren. 

Zelfbeschikkingsrecht

Een hoofddoekenverbod op school is een schending van het zelfbeschikkingsrecht van de meisjes en hun grondwettelijk recht op godsdienstvrijheid. Het beknot bovendien hun onderwijskansen. Op die manier is een hoofddoekenverbod veeleer het tegendeel van emancipatie. Het discrimineert moslimmeisjes en ontneemt hen kansen. Furia vindt het oordeel van de rechters daarentegen consequent: de samenleving moet de strijd aanbinden tegen de dwang die scholen, overheden, ouders… opleggen wanneer ze een hoofddoek verbieden - maar net zo goed als ze die verplichten.

 

Dinsdag 19 december organiseert het gemeenschappelijk vakbondsfront een nationale manifestatie voor “een rechtvaardig, correct en eerlijk pensioen”. Assez is genoeg stapt mee op. Verdere maatregelen mogen de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen niet vergroten, noch vrouwen in bestaansonzekerheid duwen. 

 

De regering Michel nam een reeks beslissingen die de pensioenen van meer en meer mensen bestaansonzeker maken en in het bijzonder vrouwen raken:

  • • optrekken van de pensioenleeftijd tot 67 jaar en verstrenging van de voorwaarden voor vervroegd pensioen en pensioen met bedrijfstoeslag (het vroegere « brugpensioen ») terwijl de gemiddelde loopbaan van vrouwen 36,6 jaar bedraagt tegenover 42,2 jaar voor mannen. 
  • • afschaffing van het tijdskrediet zonder motief, vaak gebruikt door moeders als aanvulling op het verlof om familiale redenen 
  • • hervorming van het overlevingspensioen, waarbij meer dan 98% van de gerechtigden vrouwen zijn. Het grondwettelijk hof floot de regering hier onlangs terug (omdat het vooral om weduwen gaat en er onvoldoende overgangsmaatregelen zijn). 
  • • beperking van de IGO (Inkomens Garantie Uitkering voor Ouderen) die in het bijzonder vrouwen met een migratie-achtergrond raakt.

 

In de pijplijn : 

Het kabinet Bacquelaine bereidt een aantal belangrijke dossiers voor die de pensioenkloof nog groter kunnen maken : bepaling van de zware beroepen, een pensioensysteem op basis van punten, modernisering  van de « gezinsdimensie » , herziening van de gelijkgestelde periodes, invoering van een deeltijds pensioen…  

 

Een context die al erg ongelijk is : 

  • • 2/3 van wie een pensioen heeft onder de armoedegrens, zijn vrouwen
  • • Zij moeten ook vaker een beroep doen op de IGO : 66% zijn vrouwen
  • • De pensioenkloof tussen vrouwen en mannen bedraagt op maandbasis 330€ (IGVM, vrouwen en mannen in België, 2011)

 

Oproep aan de regering:

We roepen onze verkozenen op om rekening te houden met deze erg ongelijke situatie en om de bestaansonzekerheid van vrouwen niet nog te laten toenemen. 

 


Assez is Genoeg is een platform dat verschillende vrouwenorganisaties samenbrengt.

Het doel: aanklagen van maatregelen en beleid die de bestaansonzekerheid van vrouwen doen toenemen en de sociaal-economische ongelijkheid tussen vrouwen en mannen, maar ook onder vrouwen vergroten. 

De leden van Assez is Genoeg : ACRF, Collectif des Femmes de Louvain-la-Neuve, Ella, Famba, FEL, Femma, Furia, GAMS, Maison Plurielle, Rebel.lieus, Make Mothers Matter, Synergie Wallonie, Université des Femmes, Vie Féminine, La Voix des Femmes, VIVA-SVV, Vrouwen in het Zwart, Vrouwenraad.

 

Afgelopen dinsdag kondigde minister Kris Peeters in de Commissie Sociale Zaken van de Kamer aan dat hij de halvering van de Inkomensgarantie Uitkering (IGU) die gepland was voor januari 2018 niet langer doorvoert. Tal van vrouwenorganisaties hebben zich verzet tegen deze maatregel. De leden van het platform Assez is Genoeg zijn dan ook tevreden dat de regering afziet van deze maatregel die vooral vrouwen zou raken, werkneemsters gekneld tussen onvrijwillig deeltijds werk en vaak onzekere werkomstandigheden. 

Onvrijwillig deeltijds werk courant in sectoren met vooral vrouwelijke werknemers

De IGU wordt ook werkloosheidstoeslag genoemd. Het is een vorm van deeltijdse werkloosheidsuitkering voor wie deeltijds werkt en deeltijds werkloos blijft maar een voltijdse baan zoekt. Dat laatste moet trouwens regelmatig bewezen worden. Vandaag zijn ruim ¾ van de begunstigden vrouwen. Dat hoeft niet te verbazen omdat onvrijwillig deeltijds werk vaak voorkomt in sectoren met vooral vrouwelijke werknemers (poetsen, zorg, distributie, retail…) die zich net kenmerken door gesplitste roosters en/of wisselende uren, niet in rekening te brengen verplaatsingen… en een laag loon. 

Opgelucht adem halen

De regering had de berekening van deze uitkering al naar beneden herzien en de controle verstrengd. En dan werd een halvering na 2 jaar in het vooruitzicht gesteld. De vrouwenorganisaties hingen aan de alarmbel. Ze bleven de regering interpelleren over de ernst en onrechtvaardigheid van deze maatregel; ze vestigden hier ook de aandacht op van de sociale partners en het brede publiek. Vandaag kunnen de 31.000 werkneemsters en de 9000 werknemers (Statistisch Overzicht RVA 2016) die het risico liepen om van de ene op de andere dag hun inkomen ernstig te zien dalen opgelucht adem halen. Ook al verbeteren hun werkomstandigheden en inkomen niet echt.

Verzet loont, maar blijft nodig

Het platform Assez is Genoeg is tevreden dat de regering voor één keer oog lijkt te hebben voor de bestaansonzekerheid waartoe de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen voor te veel vrouwen leidt. Het platform blijft evenwel mobiliseren rond de talrijke andere maatregelen die onzeker werk versterken en de al lage pensioenen van vrouwen nog dreigen te verminderen. 

 

Assez is Genoeg is een platform dat meerdere vrouwenorganisaties groepeert. 

Doel : aankaarten van maatregelen en beleid die de bestaansonzekerheid van vrouwen doen toenemen en de sociaal-economische ongelijkheid tussen vrouwen en mannen, maar ook onder vrouwen vergroten. 

Leden: ACRF, Collectif des Femmes de Louvain-la-Neuve, Ella, Famba, FEL, Femma, Furia, GAMS, La Voix des Femmes, Le Monde selon les Femmes, Maison Plurielle, Make Mothers Matter, Rebel.lieus, Synergie Wallonie, Université des Femmes, Vie Féminine, VIVA-SVV, Vrouwen in het Zwart, Vrouwenraad.

Enkel 100den vrouwen (en mannen) zakten vandaag af naar het Scheppersinstituut in Mechelen voor de 46ste Nationale Vrouwendag. Feminisme leeft en is bijzonder actueel.

maandag 13 november 2017
  • schermafbeelding-2017-11-13-om-14.58.08.png
    Foto: Inktvis
     
  • schermafbeelding-2017-11-13-om-14.57.33.png
    Foto: Inktvis
     
  • schermafbeelding-2017-11-13-om-14.57.46.png
    Foto: Inktvis
      

Seksuele intimidatie ook hot item op Vrouwendag

#MeToo blijft ook in België aanzetten tot nieuwe getuigenissen. “Het is dan ook geen toeval dat het voorbereidend Mechels Vrouwendagplatform dit thema op het programma zette met workshops over intimidatie en weerbaarheid”, vertelt Iris Verschaeve, co-voorzitster Furia. Hiermee sluit de Vrouwendag aan bij het actieplan van de stad Mechelen over seksuele intimidatie.

Ongelijkheid op de arbeidsmarkt

Foto: Inktvis

In het bijzonder de problematiek van meervoudige discriminatie op basis van sekse én kleur, beperking, leeftijd … kwam aan bod. Het hoofddoekenverbod in de meeste Vlaamse scholen en op veel werkplekken is een schending van het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen.

De loonkloof tussen vrouwen en mannen weerspiegelt zich in de pensioenkloof. Hervormingen zoals vandaag doorgevoerd zullen die kloof alleen maar groter maken omdat ze vooral mensen met een onderbroken loopbaan afstraffen. 

Oog voor alle vrouwen

Foto: Inktvis

Het centrale panelgesprek met Nederlands gastspreekster Anousha Nzume, auteur van Hallo witte mensen, focuste op het racisme dat niet alleen in de samenleving aanwezig is, maar ook binnen de vrouwenbeweging zelf. “Hoog tijd om vorm te geven aan een vrouwenbeweging waarin alle vrouwen, ongeacht hun kleur, herkomst, sociaal-economische achtergrond, seksuele voorkeur, leeftijd ... zich thuis voelen”, aldus Merel Terlien, co-voorzitster Furia.

Meisjes aan zet

“Opvallend dit jaar is het specifieke programma voor én met meisjes”, volgens woordvoerster Sofie De Graeve. Ze drukten hun stempel op het programma met workshops en een toneelstuk. In Het Mechels dakterras vertellen Mechelse meisjes over hun zoektocht naar vrijheid en identiteit.

Ook de kleinsten kwamen aan hun trekken met een workshop over stereotypen door Vrij Spel Kinderen Kiezen Wel. 

Vrouwendag als vaste afspraak voor ontmoeting en uitwisseling

Foto: Inktvis

De standenmarkt met een 40-tal organisaties was dé plek voor ontmoeting en uitwisseling. Twee feministische initiatieven werden er gelanceerd. De Plasactie gaf de aftrap van de petitie voor gelijke sanitaire rechten. En uit een bevraging onder de bezoek(st)ers blijkt dat ze niet weten waar ze terecht kunnen met klachten over seksistische reclame. 90%is vragende partij is voor de oprichting van een infopunt gender en reclame en een app om klacht in te dienen. 

 

 

Twee dagen voor de Nationale Vrouwendag wordt het pilootproject met gespecialiseerde multidisciplinaire zorgcentra voor slachtoffers van seksueel misbruik in 3 steden gelanceerd. Symbolisch kan dat tellen. Een belangrijke stap vooruit voor de slachtoffers die niet langer van het kastje naar de muur gestuurd worden en door gespecialiseerde professionals worden bijgestaan. Furia pleitte hier al voor op de Vrouwendag van Leuven 2011. Furia rekent er dan ook op dat het proefproject een permanent karakter krijgt en snel uitgerold wordt in andere steden. Want de nood is er zeker. 

Enkele cijfers: 

  • Er zijn gemiddeld 19 aangiftes van verkrachting of aanranding van de eerbaarheid  per dag. Dat is slechts het topje van de ijsberg omdat de meerderheid van de slachtoffers geen klacht indient uit schaamte of angst.
  • In 2/3 van de gevallen van seksueel geweld is de dader een bekende van het slachtoffer.
  • Als klacht wordt indiend, leidt dat in de helft van de gevallen tot seponering. De helft hiervan omdat er onvoldoende bewijs is. In een kwart omdat de dader onbekend is.

 Ook Justitie moet tandje bijsteken

De seponeringsgraad is hoog en de veroordelingsgraad laag. Daarom moet ook justitie een tandje bijsteken en investeren in opsporings- en verhoortechnieken. Medisch-gerechtelijk onderzoeksmateriaal moet altijd onderzocht in plaats van stof te liggen vergaren in kelders. 

De correctionalisering van seksuele misdrijven heeft gevolgen voor de strafmaat en verjaringstermijn. Na het pedofilieschandaal in de katholieke kerk werd de verjaringstermijn opgetrokken voor minderjarigen. Dat moet ook gebeuren voor meerderjarige slachtoffers. En het is hoog tijd om de strafmaat voor daders van seksuele misdrijven te evalueren. Seksueel geweld is een ernstig misdrijf met grote impact op de slachtoffers. 

19 oktober 2017 om 10u16

Assez is Genoeg

Geen pensioenhervormingen meer die de pensioenkloof nog groter maken.

Donderdag 19 oktober organiseert een delegatie van het platform « Assez is Genoeg » een hindernissenparcours. Dat symboliseert de maatregelen die de pensioenen van vrouwen in gevaar brengen : zowel de maatregelen die al genomen zijn als de maatregelen die nog in de pijplijn zitten. We nodigen het publiek uit om samen met ons luid en duidelijk « Assez is Genoeg » te zeggen. Met de start van het parlementair werkjaar roepen we onze verkozenen op om de regering te interpelleren en controleren specifiek voor de maatregelen die nog voorgesteld zullen worden.  

Maatregelen die al genomen zijn :
·    optrekken van de pensioenleeftijd tot 67 jaar en verstrenging van de voorwaarden voor vervroegd pensioen en pensioen met bedrijfstoeslag (het vroegere « brugpensioen ») terwijl de gemiddelde loopbaan van vrouwen 36,6 jaar bedraagt tegenover 42,2 jaar voor mannen.
·    afschaffing van het tijdskrediet zonder motief, vaak gebruikt door moeders als aanvulling op het verlof om familiale redenen
·    hervorming van het overlevingspensioen, waarbij meer dan 98% van de gerechtigden vrouwen zijn
·    beperking van de IGO (Inkomens  Garantie Uitkering voor Ouderen) die in het bijzonder vrouwen met een migratie-achtergrond raakt.
 
In de pijplijn :
Het kabinet Bacquelaine bereidt een aantal belangrijke dossiers voor die de pensioenkloof nog groter kunnen maken : bepaling van de zware beroepen, een pensioensysteem op basis van punten, modernisering  van de « gezinsdimensie » , herziening van de gelijkgestelde periodes, invoering van een deeltijds pensioen…  

Oproep tot waakzaamheid :
Met de start van het parlementair jaar roepen we onze verkozenen op om een proactieve rol te spelen en de maatregelen die voorgesteld worden te counteren. Het parlement beschikt immers over het recht tot interpellatie en controle van het beleid van de regering.

Binnen een context die al erg ongelijk is :
·    2/3 van wie een pensioen heeft onder de armoedegrens, zijn vrouwen
·    Zij moeten ook vaker een beroep doen op de IGO : 66% zijn vrouwen
·    De pensioenkloof tussen vrouwen en mannen bedraagt op maandbasis 330€.

 



Assez is Genoeg is een platform dat verschillende vrouwenorganisaties samenbrengt.

Het doel: aanklagen van maatregelen en beleid die de bestaansonzekerheid van vrouwen doen toenemen en de sociaal-economische ongelijkheid tussen vrouwen en mannen, maar ook onder vrouwen vergroten. De actie van 19 oktober is de publieke lancering van het platform.

De leden van Assez is Genoeg : ACRF, Collectif des Femmes de Louvain-la-Neuve, Ella, Famba, FEL, Femma, Furia, GAMS, Maison Plurielle, Rebel.lieus, Synergie Wallonie, Université des Femmes, Vie Féminine, La Voix des Femmes, VIVA-SVV, Vrouwen in het Zwart, Vrouwenraad.

Furia blikt achterom en vooruit op de memorabele dag waarop RoSa vzw feestelijk opent.

Deze maand is het 40 jaar geleden dat de vzw Rol en Samenleving werd opgericht. Daarmee waagde psychologe en feministisch publiciste Renée Van Mechelen (1946-2007) de sprong om haar droom, een documentatiecentrum gespecialiseerd in de vrouwenthemathiek, te realiseren. Deze voorvechtster voor vrouwenrechten zag namelijk hoe ’s lands tweede feministische golf, waar ze zelf deel van was, een stroom aan waardevolle manifesten, brochures, tijdschriften, affiches… produceerde, die best verzameld en beschikbaar gesteld kon worden. Dag op dag een jaar later vond zij voor die documentatie "omtrent sekserollen en feminisme” een bescheiden subsidie en onderdak, en wel in onze hoofdstad. Geen plek in het centrum van Brussel zoals verhoopt, maar toch.

Voorbij de tweede golf: gelijke kansen, feminisme en genderstudies gedocumenteerd 

De vrouwenbeweging roerde zich volop in het maatschappelijke debat. De collectie groeide en verbreedde gestaag en ging thema’s als gelijke kansen, feminisme en vrouwenstudies omspannen. RoSa werd voor journalisten, activisten, beleidsmakers, leerkrachten, studenten en andere geïnteresseerden op zoek naar publicaties daarover, de referentiebibliotheek. Het ging van Vorst naar Schaarbeek, vervolgens naar de Koningsstraat. Voortaan schrijft de gedreven equipe van RoSa vzw het verhaal verder in de Zennestraat. Veel dichter bij ‘t Zinneke is nauwelijks denkbaar…

Furia, dat al even de 40 voorbij is, kan kersverse veertiger RoSa vandaag geruststellen: het huis in 1000 Brussel staat er. Het geldt als kenniscentrum dat sensibiliseert, documenteert en aan vorming doet. Kloppend hart blijft de unieke bibliotheekcollectie, maar RoSa’s adrenaline stroomt ook duidelijk wanneer het op 1001 manieren genderbewustzijn aanscherpt, het genderonevenwicht en de ermee verstrengelde sociale ongelijkheden aankaart. Met die missie is de ploeg opvallend trouw aan wat Renée als bezielster voor ogen stond. Zo lag voor haar, tot aan haar vroege dood tien jaar geleden, de sleutel tot emancipatie en economische afhankelijkheid bij opvoeding en onderwijs van meisjes. Onderwijs en gender blijft een onuitputtelijk thema waarover RoSa op velerlei vlak actief is. Want de uitdagingen blijven en Furia wil ze mee op de agenda houden.    

Viva RoSa!

Toen ze voor haar levenswerk – met RoSa voorop - de Marie Popelinprijs door Lily Boeykens uitgereikt kreeg, zei Van Mechelen: “Eigenlijk zou een mens meer dan een leven moeten hebben.” Bij de officiële opening van het nieuwe RoSa kan Furia rustig stellen dat Renée en de vzw verschillende levens beschoren zijn. We toasten dan ook graag op de toekomst van dit feministische huis van vertrouwen. Dat het nog lang mag inspireren!

In naam van alle leden van Furia,

Iris Verschaeve en Merel Terlien, co-voorzitsters

Het snoepgoed spreekt.

Furia-lid Marjolein Van Bavel rondde zo pas haar onderzoek naar modellen die voor Playboy poseerden af. Ze is dan ook de geknipte persoon voor een reactie op de berichtgeving over het overlijden van playboybaas Hefner. De opinie werd gisteren gepubliceerd in De Standaard.

Simplistische blik

Op vrijdag 29 september 2017 schreef Tom Heremans in deze krant dat Playboy nooit een ranzig pornoblad was. Op deze manier zet Heremans Playboys zelf verkondigde stereotype als ‘klassevol blad’ kracht bij. Het geheim van Playboys succes – de naaktfoto’s buiten beschouwing gelaten – lag immers in het zichzelf uitdragen als gesofisticeerd, intellectueel en meer dan louter en alleen een naaktblad. Bewijs voor Playboys gebrek aan ranzigheid vindt Heremans in het feit dat het blad zich nooit liet “verleiden tot de gynaecologische stroming in de erotische fotografie”. Heremans negeert dat Playboy in de late jaren zeventig wel degelijk – al was dit kortstondig – meer expliciete foto’s publiceerde met  zichtbare genitalia. Ook zijn opmerking dat Hefner zowel seksist as breeddenkend feminist was, maakt opnieuw de simplistische wijze duidelijk waarop herhaaldelijk naar Hefner en zijn Playboy imperium wordt gekeken.

Welk feminisme?

Natuurlijk bestaan er vele soorten feminisme, maar ik vraag me af wat voor soort feminisme Hefner aangehangen zou hebben. Ja, hij was een progressieve liberaal die mannen én vrouwen aanmoedigde om seksueel actieve vrouwen te vieren in plaats van te veroordelen. En ja, hij steunde initiatieven ten gunste van abortus. Maar Hefners ‘feminisme’ was eerst en vooral gericht op het presenteren van jonge, aantrekkelijke en vooral witte vrouwen ter seksueel vermaak van de heteroseksuele man.

Seksualiteit in het teken van de man

De seksuele bevrijding en het recht op anticonceptie van vrouwen was dan ook interessant voor Hefner zolang het in teken stond van de seksualiteit van mannen. Toen feministen in de jaren zeventig en tachtig begonnen op te komen voor gelijkheid van man en vrouw in de private en publieke sfeer en argumenteerden dat vrouwen niet alleen recht hadden op seks maar ook op bevredigende en consensuele seks, reageerde Hefner met onbegrip. Hij vond dit een krankzinnige trend. Hefner brak graag met de tradities van seksuele terughoudendheid en de dubbele seksuele moraal, maar – en hier sloeg Heremans de spijker wél op de kop– hij prefereerde zijn vrouwen dienstbaar. 

Dat Hefner niet geïnteresseerd was in de seksuele verlangens en individuele wensen van de vrouwen in zijn – voor mannen – utopische paradijs werd ook duidelijk uit de verhalen van de Playboy modellen die ik interviewde voor mijn doctoraatsonderzoek. De meerderheid van deze vrouwen werkte voor Playboy in de jaren zeventig, het hoogtepunt van de zogenaamde Seksuele Revolutie. De meerderheid van hen sprak voornamelijk positief over hun samenwerking met fotografen, maar met betrekking tot hun ervaringen met Hefner zelf en hun verblijf in de Mansion kwam een ander beeld naar voren.

Seksueel geweld

Verschillende vrouwen benadrukten dankbaar te zijn voor de kansen die Hefner hen gaf. Hij verschafte hen een goedbetaalde baan die hen ook toegang verleende tot een wereld vol beroemdheden, luxe en interessante ervaringen. Maar de Playboy omgeving bleek ook gevaarlijk te zijn. De beschuldigingen tegen Bill Cosby voor seksueel misbruik in de Playboy Mansion bleken waar te zijn. Één model zei zelfs dat toen zij slachtoffer werd van een poging tot verkrachting door een bekende sportman, Hefner dit in de doofpot stopte net zoals hij dat deed voor zijn vriend Cosby.

Snoepgoed voor rijke mannen

De doorsnee Playboy consument moest zich tevreden stellen met een op papier gedrukte fantasie, veilig verwijderd van de ware persoon van de modellen. Maar Hefner verleende een beperkt aantal elite consumenten – beroemde, rijke mannen – toegang tot de persoon achter de papieren illusie. Hoewel de vrouwen benadrukten dat zij, als modellen, louter geïnteresseerd waren in naakt poseren voor het blad in ruil voor een loon, dachten deze mannen dat zij seksueel beschikbaar waren en hadden weinig interesse in de ware persoon of verlangens van deze vrouwen. Zij waren louter het snoepgoed in de snoepwinkel. Een nieuwe verovering om over op te scheppen.

Playboy fantasie ten koste van de modellen

Sommige modellen waren niet mals voor Hefner. Één model benadrukte dat Hefner de modellen enkel zag als stukken vlees om winst uit te halen. In tegenstelling tot zijn imago, was hij geen getalenteerde veroveraar. Velen vonden hem onaantrekkelijk en ontweken hem. Maar één vrouw in mijn onderzoek gaf seksueel contact met hem toe. Ze was betrokken in een triootje dat was georganiseerd door Hefners secretaresse. Ze benadrukte dat ze zich niet aangetrokken voelde tot Hefner of de andere vrouw, maar dat niemand nee durfde zeggen wanneer Hefner seks met je wilde.

De laatste jaren publiceerden verschillende van Hefners zestig jaar jongere ‘ex-vriendinnetjes’ autobiografieën waarin een gelijkaardig, eerder zielig beeld van Hefner naar voren komt. Met de hulp van drugs zoals Viagra en Qualudes – wat Hefner en Cosby ‘dijen-openers’ noemden – probeert hij zijn eigen playboy fantasie in leven te houden, veelal ten koste van de vrouwen die verstrikt raakten in de Playboy wereld. De vrouwen in mijn onderzoek maakten duidelijk dat zij geld wilden verdienen als modellen door te poseren voor een fantasie. Maar doordat sommige mannen geen onderscheid zagen tussen fantasie en realiteit, werden zij vaak met weinig respect behandeld en kwamen ze zelfs in gevaarlijke situaties terecht.

Een Seksuele Revolutie die er toch geen was

Playboy wordt veelal gevierd als de pionier die het naakte vrouwenlichaam van onder de toonbank haalde en een trotse plek gaf op de koffietafel. Het grote succes van dit mannenblad inspireerde vele concurrenten sinds de jaren zestig om eenzelfde formule te volgen. Mijn onderzoek maakte duidelijk hoe dit vrouwen uit een arbeidersklasse financieel voordelig werk bezorgde. Maar zij werden ook geconfronteerd met een gebrek aan respect. Modellen spraken van misbruik van auteursrechten, onderbetaling en seksueel geweld in hun interacties met fotografen en agenten. Natuurlijk is dit soort wangedrag niet de schuld van Playboy, maar mijn onderzoek maakte duidelijk hoe beperkt de verwezenlijkingen van de zogenaamde Seksuele Revolutie waren voor de vrouwen die als ultiem symbool voor een bevrijde vrouwelijke seksualiteit fungeerden.

Sekuele verlangens en grenzen van vrouwen serieus nemen

Gelukkig doorbreken vandaag steeds meer mensen in de seksindustrie hun stilte over het seksueel geweld dat hen werd aangedaan. Het is belangrijk dat we lessen trekken uit ervaringen zoals die van de vrouwen centraal in mijn onderzoek. Hopelijk kunnen we hierdoor de industrieën van naaktfotografie en pornografie organiseren op een manier waarbij ieders veiligheid gegarandeerd wordt. We moeten de seksuele verlangens en de persoonlijke en professionele grenzen van vrouwen serieus nemen. Ik kan alleen maar hopen dat samen met Hefner, zijn soort ‘bevrijde seksualiteit’ stilletjes aan uitsterft.

Marjolein Van Bavel

Gedurende de laatste zes jaar onderzocht historica Marjolein Van Bavel de ervaringen van drieëndertig vrouwen die voor Playboy poseerden. Hiertoe interviewde zij enkele van de meest bekende Playmates. Twee weken geleden diende ze haar doctoraatsthesis in aan de Britse topuniversiteit University College London.

26 september 2017 om 16u15

Quota: een noodzakelijk paardenmiddel

VUB-rector Caroline Pauwels wil quota voor vrouwelijke profs. Reactie bleef niet uit. In De Standaard en De afspraak stelde Darya Safai dat vrouwen in het Westen geen quota nodig hebben. Ze eisen zelf wel hun plaats op. Furia weerlegt dat. 

Het is een gekend liberaal standpunt: het westen geeft vrouwen alle kansen om het te maken. Ze hebben er maar voor te kiezen en door te zetten. En natuurlijk zijn er individuele vrouwen die daar briljant in slagen, zoals Darya Safai. Met en zonder quota. Maar vaker dan men zou denken dankzij quota.

Quota roepen een dubbele angst op. Enerzijds denken mannen niet meer aan de bak te komen; anderzijds vrezen vrouwen eeuwig achtervolgd te worden door het excuus dat ze hun positie alleen maar aan hun geslacht te danken hebben. Dat is twee keer de bal misslaan. Quota gaan er net om (aantoonbaar) bekwame mensen evenveel kansen te bieden. En met de gangbare toepassing, namelijk maximum 2/3 van hetzelfde geslacht, is er nog genoeg ruimte voor mannen die een academische loopbaan ambiëren.

Vandaag missen universiteiten, overheden en bedrijven talent als gevolg van een gebrek aan diversiteit. En dan gaat het niet alleen om gelijkheid v/m, maar ook om kleur of sociaaleconomische achtergrond. Quota zetten aan om de blinde vlekken in de rekruteringsprocedures onder ogen te zien. Het ‘old boys’ network’, overwegend mannelijke selectiecomités, culturele conventies, verwachtingspatronen ten aanzien van vrouwen en mannen… spelen een rol bij wie kansen krijgt en wie niet. Uit recent onderzoek blijkt trouwens dat vrouwen het in de wetenschapswereld gewoonweg beter moeten doen dan hun mannelijke evenknieën voor ze in beeld komen. Wie wordt er dan positief gediscrimineerd?

De politiek toont dat quota werken. De vertegenwoordiging van vrouwen in het Belgische parlement bleef hangen op een schamele 10% in 1992, vrouwen waren toen al 70 jaar verkiesbaar. Quota zorgden voor meer eerbare cijfers. De Franse Assemblée telde in 2002 12,3% vrouwen, opeenvolgende wetten hielpen de kaap van de 25% ronden in 2012 (in 2017 zijn er bijna 40% vrouwen). Idem voor Duitsland: daar bestaat dan misschien geen wettelijk quotum voor vrouwen in de politiek, maar sinds de jaren 1980 legden de belangrijkste partijen zichzelf quota op: 50% bij de groenen, 40% bij de SPD, 50% bij PDS/Die Linke. De CDU van Angela Merkel ging minder ver, maar jawel, sinds 1996 is ook daar een vrouwenquorum van 30%.

We zijn niet naïef: quota zijn geen wondermiddel. Ondanks het hoge aantal studentes in het hoger onderwijs, zullen quota alleen niet volstaan om in het docentenkorps van de universiteiten, en in andere domeinen van de samenleving tot meer evenwicht te komen. Veel vrouwen botsen al op een zorgplafond nog voor ze zich kunnen afvragen hoe ze het glazen plafond zullen doorbreken. Maatschappelijke verwachtingen maken dat huishouden en zorg merendeels op de schouders van vrouwen rusten, of minstens het organiseren ervan. Waarom wordt steeds aan de vrouwelijke manager, hoogleraar, politicus… gevraagd hoe ze werk en gezin combineert? De loopbaankloof zal niet opgelost raken als ook niet de zorgkloof aangepakt wordt. Goede zorgvoorzieningen, sensibiliseringscampagnes en roldoorbrekend onderwijs zijn nodig.

En misschien wordt het wel tijd om ook eens aan ‘omgekeerde quota’ te denken. Bijvoorbeeld voor mannen in de zorg en het kleuter- en lager onderwijs.  Want is het geen ongelofelijk verlies van talent als we niet al het potentieel, in beide richtingen, benutten? 

Pagina 16 van 19

SCHRIJF JE IN VOOR ONZE NIEUWSBRIEF

Na het invullen van dit formulier ontvangt u van ons nieuwsupdates en informatie over onze activiteiten zonder verdere verplichtingen. U kan zich steeds uitschrijven via een link onderaan elke e-mail die u van ons ontvangt.

FURIA OP FACEBOOK

               Vlaanderen verbeelding werkt vol zwart